Het ontwerp van architect Frans Klein
Architect Klein koos voor een bijzondere locatie, een markante plek aan het water om zo de entree van de wijk aan te geven. Het complex bestond uit de volgende gebouwen:
-
een gebouw met negen verdiepingen;
-
een gebouw van zeven verdiepingen;
-
een trappenhuis met een lage ingangspartij;
-
een flatgebouw van vier bouwlagen met kantoren; deze bestaat niet meer;
-
tussen de gebouwen een park met gazon en planten, dit bestaat ook niet meer.
In het complex waren 77 drie- en 12 twee-kamerwoningen ondergebracht. Twee kantoren in de hoge galerijflat en twee in de middelhoge blokken aan weerszijden van drie en vijf bouwlagen. Zij omarmden als het ware een gemeenschappelijke groenstrook en de reeks van winkels en autoboxen. Zowel het groen, de winkelstrip en de diagonale vleugel langs de zwaaikom zijn helaas gesloopt ten behoeve van nieuwbouw waardoor het originele stedenbouwkundige concept voor een deel ernstig is aangetast.
Het ontwerp van de woningen beantwoordde destijds aan de wens naar optimale bezonning. Iedere woning was voorzien van centrale verwarming, een gas geyser voor de keuken en de douche. Daarnaast boden de flatwoningen comfort zoals een tegelvloer in de hal, keuken en vestibule, linofelt in de woon- en slaapkamers en dubbelhard gebakken tegels in de wc en een granitoaanrecht in de keuken. Tevens beschikten de flats over bergruimte in het souterrain, Bruynzeelkeukens, dubbele beglazing, huistelefoon, tochtstrippen en veel kastruimte. En last but not least, beschikte de flat over een centrale televisiemast, elektrische koelkasten, telefoonverbinding en twee elektrische liften. Voor die tijd waren dat zeer luxe voorzieningen.